Elke woensdagochtend van 9 tot 12 uur ben ik te vinden in de goed geoutilleerde meubelwerkplaats van Hout onder Handen in Renkum. Deze is gevestigd in een oude school die na een flinke opknapbeurt de toepasselijke naam “Broedplaats” heeft gekregen. Onder toeziend oog van een docent die de cursisten met raad en daad bijstaat wordt door 6 of 7 cursisten gewerkt aan een meubel of een werkstuk. Eigen ontwerpen, goed gekopieerd van Pinterest of uit één van de vele fraaie boeken over het maken van meubels, het komt allemaal voor.

In juni van dit jaar ben ik gestart met het maken van een klein pijporgeltje. Ik heb de werktekeningen van het originele Orgelkids Doe-orgel gekocht. Zie ook de informatieve en leuke website www.orgelkids.nl. Het Doe-orgel is bedoeld als bouwpakket om leerlingen van basisscholen (vanaf groep 6) kennis te laten maken met het pijporgel als instrument. Of ik mijn pijporgeltje als bouwpakket maak, weet ik nog niet.

Waarom heb ik voor dit werkstuk gekozen in mijn cursus?

Zoals het anno 2020 een goed gebruik is, en bijna een must, om bij een opleiding of cursus leerdoelen te formuleren heb ik er bij dit werkstuk twee geformuleerd:

  • Zodra het werkstuk af is wil beter kunnen werken aan de hand van officiële bouwtekeningen en een (beperkte) beschrijving.
  • Zodra het orgel af is wil ik mezelf een grotere mate van precies werken aangeleerd hebben.

Deze leerdoelen vragen wel om een toelichting.
De eerste. Ik maak de meubels en woonaccessoires tot nu toe bijna altijd vanaf een heel simpel schetsje, een foto of een Pinterest-idee. Zo’n manier van werken heeft voordelen. Het is creatief, last-minute wijzigingen doorvoeren kan vrij eenvoudig. Maar het heeft ook een nadeel. Het kost veel tijd.
De tweede. Tot nu toe betrap ik mezelf erop dat mijn werkstukken vaak nog wel preciezer kunnen. Steigerhout en oud hout lenen zich daar niet zo voor, maar de wat duurdere, “luxere” houtsoorten vragen toch om een mooie, precies afgewerkte zwaluwstaart- of pen-gat verbinding.

Een andere reden voor mij een klein pijporgeltje te maken is dat ik pijporgels, oftewel kerkorgels omdat ze vaak in kerken staan, het mooiste muziekinstrument vindt. Soms worden ze wel de koning der muziekinstrumenten genoemd. Vanwege de omvang maar zeker ook vanwege de klank: van heel tere, stilmakende tot majestueuze. Tot voor kort was ik zelf ook een actieve bespeler, maar daar is wegens allerlei redenen een beetje de klad ingekomen. En wat is er dan mooier om het muziekinstrument waar je van houdt zelf te maken. En dan nog wel van hout.

Ik ben begonnen met het maken van de pijpen. In het Doe-orgel is plek voor 48 pijpen verdeeld over twee stemmen, oftewel twee soorten pijpen. Dus 48 keer hetzelfde kunstje doen, maar wel verschillend in omvang. De grootste zal zo’n 30 cm zijn, de kleinste circa 10 cm. De eerste pijpen zijn klaar. En er komt geluid uit. Of het de goede toonhoogte is, zal later blijken. Jammer dat ik zo’n blog als dit geen geluidsfragment verwerkt kan worden. Op de foto’s zie je de blokjes hout die de kern van de pijpen worden, een pijp die bijna klaar is en de bouwtekening van de pijp.

Wanneer zal het orgeltje klaar zijn? Geen flauw idee. Maar waar ik mee begon: het maken van mooie producten kost veel tijd.

Ik zal in deze blog regelmatig de stand van zaken melden. Dus volg me. Als het je te lang duurt voor een update, mail of app me dan.